Kinderopvang en ondersteuning van kinderen

Kinderopvang en ondersteuning van kinderen

Home / Hoofdstuk III / Kinderopvang en ondersteuning van kinderen

Principe 11

Kinderopvang en ondersteuning van kinderen

De meeste lidstaten presteerden ondermaats in de EU2020 en Doelstellingen van Barcelona​ Overheidsinvesteringen op dit gebied nemen af ​​in plaats van toe. Armoede onder kinderen en kansen voor kinderen zijn sterk afhankelijk van het inkomen en de sociale middelen van het huishouden waarin ze opgroeien. Het is ook belangrijk om te zorgen voor toegang tot hoogwaardige en toegankelijke kinderopvang, samen met toegang tot kwaliteitsonderwijs, vrijetijdsvoorzieningen en gezondheidszorg in om kinderen in staat te stellen hun persoonlijkheid en talenten volledig te ontplooien en ook om werknemers, met name vrouwen, in staat te stellen volledig te participeren op de arbeidsmarkt en op de lange termijn de gelijkheid in de samenleving te vergroten.

Een kindergarantie moet alle kinderen zonder uitzondering dekken en moet gratis toegang tot onderwijs, kinderopvang, educatieve vrijetijdsbesteding, gezondheidszorg, huisvesting en voeding van hoge kwaliteit omvatten.​ De EU moet de universaliteit - en kwaliteit - van openbare diensten versterken, wat ook ten goede komt aan kwetsbare kinderen en hun gezinnen. De kindergarantie moet een manier zijn om volledige toepassing van het IVRK te bereiken, waarbij universaliteit een sleutelbeginsel is. De doelstellingen van Barcelona moeten worden geactualiseerd en bevorderd.

De voorzieningen voor kinderopvang moeten toegankelijk (geografisch en voor kinderen met een handicap), betaalbaar en van hoge kwaliteit zijn.

Maatregelen om een ​​minimum aan rechten in de EU vast te stellen, een gelijk speelveld op de eengemaakte markt

  1. Een universele kindergarantie van de EU voor alle kinderen om kinderarmoede te bestrijden en sociale inclusie te bevorderen.
  2. Seminarie van de Europese sociale partners over kinderopvangvoorzieningen in de EU, als onderdeel van hun autonome werkprogramma 2019-2021

Acties gericht op het bewerkstelligen van opwaartse convergentie in levens- en arbeidsomstandigheden

  1. Actieplan voor armoedebestrijding met specifieke aandacht voor: (i) zorgen voor toegankelijke, gratis en hoogwaardige openbare diensten, met inbegrip van sociale diensten en kinderopvang; (ii) toegang tot kwaliteitsonderwijs voor alle kinderen; (iii) Armoede in huishoudens aanpakken
  2. Voldoen aan de eisen van de sociale partners voor overheidsinvesteringen in zorgvoorzieningen voor kinderen en collectieve onderhandelingsmogelijkheden om aan de specifieke behoeften van werkende ouders te voldoen.

Sociale bescherming

Sociale bescherming

Home / Hoofdstuk III / Sociale bescherming

Principe 12

Sociale bescherming

De effectbeoordeling van het voorstel voor een Aanbeveling over toegang tot sociale bescherming beschrijft treffend de uitdagingen achter Principle 12. Het EVV heeft zich in het EU-semester 2019 sterk gemaakt voor sociale bescherming en daarbij bewijs geleverd van de bevooroordeelde benadering van de EU, die duurzaamheid van nationale systemen als de belangrijkste en vaak enige beleidsdoelstelling van landspecifieke aanbevelingen.

Over vier jaar moet een effectbeoordeling conclusies trekken over de vraag of een aanbeveling het geschikte instrument is om deze doelstelling te bereiken of dat een richtlijn geschikter zou zijn.

Toegang tot sociale bescherming hangt sterk samen met de kwaliteit van de werkgelegenheid. Daarom zal dit principe in overeenstemming moeten zijn met principe 5. Met betrekking tot sociale bescherming moeten de volgende punten worden gecontroleerd:

  • dekking en toereikendheid van socialebeschermingsuitkeringen, ongeacht de arbeidsvorm;
  • garantie van effectieve minimale bescherming voor iedereen;
  • de evenwichtige afweging tussen kenmerken van arbeidsflexibiliteit en toegang, duur en niveau van socialebeschermingsuitkeringen;
  • de werkgelegenheid van de beroepsbevolking;
  • passende uitkeringen vaststellen (vooral voor pensioenen);
  • de toegang tot opleiding voor werknemers verbeteren;
  • effectieve instrumenten voor het evenwicht tussen werk en privé;
  • zorg voor toegang tot gezondheidszorg en voorkom letsel op het werk.
  • hiaten als gevolg van professionele carrières, in geval van langdurige werkloosheid, met name hiaten die te maken hebben met geslacht of leeftijd, of als gevolg van onzekere vormen van werk.

Overige elementen kunnen worden onderzocht door middel van sociale dialoog, zoals de toekomst van werk, inclusief bescherming tegen oneerlijk ontslag, het recht op voltijds werk en soevereiniteit op het gebied van arbeidstijden.

Maatregelen om een ​​minimum aan rechten in de EU vast te stellen, een gelijk speelveld op de eengemaakte markt

  1. Tenuitvoerlegging van de aanbeveling betreffende toegang tot sociale bescherming. Prioriteiten: uitbreiding van formele (verplichte) en effectieve dekking, doeltreffendheid en toereikendheid van uitkeringen aan werknemers en zelfstandigen.

Acties gericht op het bewerkstelligen van opwaartse convergentie in levens- en arbeidsomstandigheden

  1. Scorebord voor sociale bescherming - Opwaartse convergentie met de doelstellingen, als onderdeel van het programma voor kwaliteitsbanen.

Werkloosheidsuitkering

Werkloosheidsuitkering

Home / Hoofdstuk III / Werkloosheidsuitkering

Principe 13

Werkloosheidsuitkering

Het stabiliteits- en groeipact (SGP) neigt ertoe de toereikendheid en dekking van werkloosheidsuitkeringsregelingen te verminderen ten gunste van evenwichtige overheidsbegrotingen, maar ten koste van de bescherming van werknemers. Niettemin zijn de werkloosheidsuitkeringen gedaald (vervangingsratio, of duur van de uitkeringen, verplichtingen van de begunstigde die geen verband houden met deelname aan AAMB, enz.). De doelstelling om het in sterkere mate af te stemmen op het actief arbeidsmarktbeleid blijft geldig voor een paar landen. Het is afhankelijk van nationale modellen en de EU harmoniseert de prestaties van activeringsmaatregelen niet. De gevolgen hiervan zijn terug te zien in de nationale rekeningen en armoedecijfers als onderdeel van het benchmarkingproces binnen het EU-semester.

Een EU-initiatief inzake vrij verkeer van werknemers en de overdraagbaarheid van rechten bij overgangen op de arbeidsmarkt kan leiden tot convergentie op het gebied van de rechten van werknemers op toereikende werkloosheidsuitkeringen en / of activeringsmaatregelen bij de overgang van werkloosheid naar werk, of van tijdelijke naar standaard arbeidscontracten .

De Europese Commissie werkt aan een voorstel voor een Europese herverzekeringsregeling voor werkloosheidsuitkeringen​ Het zal waarschijnlijk worden opgevat als een instrument van fiscale stabiliteit in plaats van een arbeidsmarktinstrument, met het ongewenste gevolg dat duurzaamheid relevanter zal zijn dan toereikende prestaties​ Het herverzekeringsstelsel mag niet in strijd zijn met de regels en praktijken van nationale stelsels en mag niet dienen als een nieuw instrument om de lidstaten te disciplineren en / of de nationale stelsels voor werkloosheidsverzekeringen te harmoniseren. Een Europese herverzekeringsregeling voor werkloosheid zou kunnen bijdragen tot het waarborgen van een basisstandaard van ondersteuning tijdens werkloosheidscycli. Het idee om EURS op te richten werd al besproken vóór de uitbraak van Covid-19, maar de economische en sociale gevolgen van de pandemie maken de bespreking van een dergelijk instrument des te noodzakelijker. Het moet duidelijk zijn dat SURE niet in de plaats komt van de noodzaak van een discussie over een meer permanente regeling.

Met betrekking tot benchmarking binnen het Europees semester zou meer nadruk kunnen worden gelegd op jonge werknemers die vooral aan het begin van hun loopbaan door onzekerheid worden getroffen en die soms nog meer worden bestraft binnen het bestaande nationale stelsel van werkloosheidsuitkeringen of zelfs genegeerd worden. Hetzelfde kan gelden voor werknemers tussen 52 en 67 jaar. De kwestie van sancties lijkt ook relevant met het oog op de structurele hervormingen die zich over Europa verspreiden om de toegang van werkzoekenden tot werkloosheidsuitkeringen te verminderen of om meer onzekerheid onder werkzoekenden te creëren door het prisma van bezuinigingen. . Bovendien moet ook de groeiende tendens in sommige lidstaten worden aangepakt om werkzoekenden "onzichtbaar" te maken om op korte termijn politieke voordelen te behalen - te beginnen met jonge NEET's -..

Maatregelen om een ​​minimum aan rechten in de EU vast te stellen, een gelijk speelveld op de eengemaakte markt

  1. Onderzoek de meerwaarde van een rechtsinstrument dat, in het kader van het vrije verkeer van werknemers, een recht op toegang en overdraagbaarheid van rechten op zowel werkloosheidsuitkeringen als AAMB-pakketten voor werkloze werknemers zou vestigen.
  2. Opzetten van een Europese herverzekeringsregeling voor werkloosheid.
  3. Verwijzing naar titel X van het VWEU, vaststelling van wettelijk bindende minimumnormen voor werkloosheidsuitkeringen wat betreft dekking, toereikendheid, het recht op opleiding en de duur van de rechten.

Acties gericht op het bewerkstelligen van opwaartse convergentie in levens- en arbeidsomstandigheden

  1. Benchmarkingsystemen voor indicatoren: langdurige werkloosheid en overheidsuitgaven voor AAMB.
  2. De Europese werkgelegenheidsstrategie en het Europees netwerk van openbare diensten voor arbeidsvoorziening moeten verder worden ontwikkeld.
  3. Ontwikkeling van indicatoren en benchmarks die een opwaartse convergentie stimuleren in de prestaties van werkloosheidsuitkeringsregelingen, ter ondersteuning van de vaststelling van minimumnormen en beschermingskenmerken voor nationale stelsels.

Minimum inkomen

Minimum inkomen

Home / Hoofdstuk III / Minimum inkomen

Principe 14

Minimum inkomen

De EU vertoont alleen verbeteringen bij het bestrijden van absolute armoede (materiële deprivatie​ Er worden echter geen inspanningen geleverd om mensen uit armoede of sociale uitsluiting te houden: de armoede onder werkenden neemt toe. De meeste minimuminkomensregelingen in de EU bieden verre van voldoende dekking, duur en toereikendheid van de uitkeringen. Dit leidt tot groeiende sociale verdeeldheid en arbeidsmarkt- en economische verstoringen.

ETUC gelooft dat Europese burgers moeten ook recht hebben op een gegarandeerd minimuminkomen voor alle leeftijden. Dit kan worden bereikt door een combinatie van instrumenten voor sociale bescherming en overheidsinvesteringen in opleiding voor werklozen met openbare diensten voor arbeidsvoorziening en activeringsbeleid dat iedereen in de EU helpt die risico loopt op armoede of sociale uitsluiting. EU-normen voor een minimuminkomen mogen niet worden gezien als een belemmering om te werken.

Minimuminkomensregelingen moeten voldoende inkomen garanderen om in de essentiële behoeften van mensen en hun gezinsleden te voorzien en moeten zeer inclusief en toegankelijk zijn​ voor degenen die in staat zijn om te werken, moeten ze worden gecombineerd met een reeks diensten en ingebed in een bredere EU- en nationale beleidsreactie op actieve inclusie. De onlangs aangenomen conclusies van de Raad over minimuminkomensregelingen stellen de EG in staat het EU-kader ter bestrijding van armoede en sociale uitsluiting te versterken.  Een wetgevingsvoorstel op dit gebied moet gelijkwaardige prestaties van nationale systemen garanderen zonder hun kenmerken te wijzigen, op voorwaarde dat het systeem resultaten garandeert die zijn afgestemd op Europese normen. Het EVV eist dat een bindend initiatief zoals een Europees kaderrichtlijn stelt gemeenschappelijke beginselen, definities en minimumnormen vast om dit recht in de hele EU te verlenen. In veel landen spelen vakbonden een sleutelrol bij het beheer van socialezekerheidsinstanties, vaak met entiteiten met gezamenlijke organen, en via collectief onderhandelde instrumenten voor sociale inclusie en bescherming van kwetsbare categorieën. Dit is een troef waarop elk EU-initiatief zou moeten voortbouwen en het zou moeten accentueren en niet bedreigen met ongewenste harmoniserende wettelijke kaders.

Maatregelen om een ​​minimum aan rechten in de EU vast te stellen, een gelijk speelveld op de eengemaakte markt

  1. De kenmerken definiëren van een Europese kaderrichtlijn over een toereikend minimuminkomen om armoede en sociale uitsluiting in de EU te bestrijden.
  2. Een instrument om de functies van een minimuminkomen te definiëren en vorm te geven, inclusief een mand met goederen als parameter voor het bepalen van een leefbaar inkomen.

Acties gericht op het bewerkstelligen van opwaartse convergentie in levens- en arbeidsomstandigheden

  1. Verbanden leggen met SDG 1 en Actieplan Armoedebestrijding zoals in Principe 11.
  2. Een kader voor sociale dialoog uitwerken voor sociale partners en regeringen om de dekking, toereikendheid en doeltreffendheid van minimuminkomensregelingen in combinatie met sociale uitkerings- en activeringsbeleid te beoordelen.

Ouderdomsinkomen en pensioenen

Ouderdomsinkomen en pensioenen

Home / Hoofdstuk III / Ouderdomsinkomen en pensioenen

Principe 15

Ouderdomsinkomen en pensioenen

De behoeften van een vergrijzende bevolking moeten beter worden begrepen en er moeten oplossingen worden gevonden om te zorgen voor hulp aan ouderen, toereikende pensioenen, goede gezondheids- en sociale zorg en vangnetten​ Alomvattende socialebeschermingsstelsels kunnen niet alleen via wetgeving worden opgebouwd. Ze hebben financiële middelen nodig en een toezegging van de lidstaten om de nodige middelen beschikbaar te stellen om vooruitgang te boeken bij de uitvoering van de EPSR. In deze context is de rol van de EU cruciaal om ervoor te zorgen dat mensen het einde van hun professionele loopbaan in goede gezondheid en met voldoende middelen bereiken - voornamelijk gegarandeerd door sterke wettelijke pensioenstelsels - om van een waardig pensioen te genieten. Werknemers die zware werkzaamheden verrichten, hebben specifieke regels nodig binnen de brede sfeer van pensioenregelingen om een ​​goede gezondheid bij pensionering en een toereikend inkomen op de pensioengerechtigde leeftijd te garanderen.

In het EU-semester worden pensioenen nog steeds behandeld als puur budgettaire houdbaarheidskwesties in plaats van sociale eisen die verband houden met demografische uitdagingen. Dekking, kwaliteit en toegang hebben geleden onder bezuinigingen op overheidsuitgaven, ontmanteling van collectieve risicodeling en vermarkting vaak voorgeschreven door landspecifieke aanbevelingen (CSR's).

De toereikendheid van de socialezekerheidsuitkeringen moet worden gegarandeerd door wettelijke openbare en collectieve systemen voor alle werknemers en zelfstandigen. Fiscale doelstellingen moeten verenigbaar zijn met fatsoenlijke levensomstandigheden voor ouderen​ De aanbeveling van de Raad betreffende toegang tot sociale bescherming moet worden ondersteund en uitgevoerd. De voortgang van werknemers en zelfstandigen moet worden gecontroleerd. In het kader van nauwere samenwerking tussen de lidstaten moet een reeks indicatoren worden ingevoerd om alternatieven te vinden voor het verhogen van de pensioenleeftijd en om langdurige loopbanen werkbaar te maken. Er moeten inspanningen worden geleverd om voor alle leeftijden meer en betere banen te creëren, de pensioenen in de eerste pijler te versterken, universele dekking en toereikendheid in alle lidstaten te waarborgen en de coördinatie op Europees en nationaal niveau te ondersteunen voor de ontwikkeling van bedrijfspensioenen op basis van collectieve overeenkomsten en als vrijwillige aanvulling op een sterker openbaar pensioenstelsel.

Maatregelen om een ​​minimum aan rechten in de EU vast te stellen, een gelijk speelveld op de eengemaakte markt

  1. Tenuitvoerlegging van de aanbeveling betreffende toegang tot sociale bescherming

Acties gericht op het bewerkstelligen van opwaartse convergentie in levens- en arbeidsomstandigheden

  1. Invoering van een "toereikendheid" -indicator die budgettaire middellangetermijndoelstellingen voor de lidstaten vaststelt en toezicht houdt op de levenskwaliteit van bejaarden.
  2. Het koppelen van fiscale houdbaarheid en toereikendheid van pensioenen aan arbeidsmarktprestaties, werkafhankelijkheidsratio, kwaliteit van werk en beloning, billijkheid van premieverplichting tussen werkgevers en werknemers, beloning tussen mannen en vrouwen en pensioenkloof.
  3. Bewaken van gegevens over demografische, migratie- en pensioentrends voor verschillende categorieën werknemers, inclusief werknemers met zware banen.
  4. Actieprogramma voor armoedebestrijding zoals in principe 11.

Gezondheidszorg

Gezondheidszorg

Home / Hoofdstuk III / Gezondheidszorg

Principe 16

Gezondheidszorg

Gezondheidswerkers in heel Europa werken er hard aan om de verspreiding van het COVID-19-virus te behandelen en te stoppen. In veel gevallen wordt hun taak bemoeilijkt door personeelstekorten, ontoereikende faciliteiten en gebrek aan persoonlijke beschermingsmiddelen en testkits. De Europese bestuursorganen en nationale regeringen moeten onmiddellijk maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat gezondheidsdiensten de broodnodige noodfinanciering krijgen en om het personeelsbestand op korte termijn te vergroten. Het Europees semester heeft betrekking op duurzaamheid en toegankelijkheid tot gezondheidsdiensten. Bezuinigingsmaatregelen hebben de reikwijdte van openbare diensten en hun toegankelijkheid drastisch verminderd. Aan het begin van het semester 2019 verklaarde het EVV dat de gezondheidszorg en de systemen voor langdurige zorg een bron van grote bezorgdheid en lijden vormen voor een groeiend deel van de EU-bevolking, en onmiddellijke maatregelen vereisen. Meer dan 15 lidstaten presteren zeer slecht op het gebied van gezondheidszorg. De dekking van en de toegang tot langdurige zorg is in verschillende lidstaten onvoldoende. Mantelzorg domineert de sector, ten koste van de diensten en de participatie van vrouwen op de arbeidsmarkt. Hoewel openbare structuren vaak ontbreken, zijn particuliere opties buitengewoon kostbaar en ontoegankelijk, en leiden ze vaak tot een verslechtering van zowel de diensten als de arbeidsomstandigheden in de gezondheidssector. Er werden geen substantiële investeringen overwogen in de afgelopen semestercyclus​ Op middellange en langere termijn zijn hogere overheidsuitgaven voor gezondheid en meer investeringen in volksgezondheid van cruciaal belang, niet alleen om jaren van onderbesteding in veel landen terug te draaien, maar ook om ervoor te zorgen dat het gezondheidspersoneel en de gezondheidsvoorzieningen kunnen voldoen aan de toekomstige eisen. Europa had zelfs vóór de uitbraak van COVID-19 een tekort van ongeveer een miljoen gezondheidswerkers. Overheden moeten hun benadering van volksgezondheid en openbare diensten radicaal veranderen: kortetermijncontracten en onzekere banen in de gezondheidssector zijn niet voldoende om dergelijke noodsituaties het hoofd te bieden.

Toegang tot gezondheidsdiensten en langdurige zorg is een noodsituatie in de EU​ De cyclus van het EU-semester bevorderde "rationalisering" en "kostenefficiëntie", hetgeen impliceert dat structuren worden samengevoegd, een verschuiving van reeds toegewezen middelen, de-ziekenhuisopname van zorg, maar bijna nooit overheidsinvesteringen in het nodige personeel en de nodige diensten. De eigen uitgaven voor gezondheidszorg nemen in veel lidstaten toe​ SGP-regels hebben de reikwijdte van de particuliere markt die gezondheidsdiensten en verzekeringen aan mensen levert. Dit vermindert de toegang tot gezondheidsdiensten, wat een van de belangrijkste redenen is voor onvrede onder de bevolking.

De zorgsector is cruciaal voor het waarborgen van een behoorlijke levensstandaard voor ouderen. De aantrekkelijkheid van de sector moet worden vergroot om de kwaliteit van het werk en de geleverde diensten te verhogen. Er is een hoge incidentie van migranten, zwartwerkers en werknemers zonder papieren in de sector, vooral vrouwelijke migranten. Het is belangrijk om alle kwetsbare gebieden voor mensen die in deze sector werken uit de weg te ruimen en werknemers de kans te geven hun vaardigheden en arbeidsomstandigheden te verbeteren, zowel in hun eigen voordeel als in het belang van de gebruikers.

De EU moet aandringen op een op rechten gebaseerde benadering en overheidsinvesteringen in universele, op solidariteit gebaseerde en gendergevoelige socialebeschermingsstelsels op internationaal, Europees en nationaal niveau. Het moet ook streven naar opwaartse convergentiedoelstellingen en financieringstoewijzingen in de zorg voor kinderen, gezondheidszorg, ouderen, langdurige zorg, gehandicaptenzorg en afhankelijkheid, om universele dekking en hoogwaardige zorg te garanderen.

Om aan de huidige en toekomstige behoeften van een vergrijzende bevolking te voldoen, moeten meer worden uitgegeven aan universeel toegankelijke, betaalbare en hoogwaardige openbare diensten voor gezondheidszorg en langdurige zorg moeten worden verleend en als een investering worden beschouwd. Preventieve zorg moet worden verbeterd door middel van goed beleid en financiering. Beroepsontwikkeling, opleiding, opleiding en loopbaanherkenning zijn cruciaal om de kwaliteit en dekking van de zorg te verbeteren en om hoogwaardige banen te creëren. Beleid inzake het evenwicht tussen werk en privéleven moet werknemers met zorgtaken ondersteunen. De EU moet een EU Right2Care invoeren, ondersteund door nationale actieplannen.

Maatregelen om een ​​minimum aan rechten in de EU vast te stellen, een gelijk speelveld op de eengemaakte markt

  1. Toegang garanderen tot hoogwaardige en betaalbare gezondheidszorg en langdurige zorg (LTC) in alle lidstaten.
  2. Vrij verkeer: herziening van Verordening 883/2004 betreffende de coördinatie van socialezekerheidsstelsels ter versterking van de coördinatie van dergelijke stelsels, waaronder gezondheidszorg en langdurige zorg, om de rechten van mobiele werknemers te verbeteren.

Acties gericht op het bewerkstelligen van opwaartse convergentie in levens- en arbeidsomstandigheden

  1. EU Right2Care-programma, ondersteund door nationale actieplannen via het Europees semester, gebaseerd op transparante en ambitieuze doelstellingen
  2. Monitoring van capaciteit, werking en impact van welzijn op het werk (in nationale systemen, en de rol van collectieve onderhandelingen).
  3. EU-initiatieven om de veerkracht van door de overheid gefinancierde, universele en toegankelijke gezondheidszorgstelsels te versterken.