Home / Hoofdstuk II / Lonen

Principe 6

Loon

Gegevens over lonen en collectieve onderhandelingen tonen aan dat de loontrends gematigd blijven en dat er geen opwaartse convergentie is​ Dit komt voornamelijk door:

  • Een mislukking bij het waarborgen van het respect voor het recht op collectieve onderhandelingen en een toename van het aantal praktijken om vakbonden op te breken, hebben geleid tot een verminderde dekking van collectieve overeenkomsten.
  • Wettelijk minimumloon dat - waar ze bestaan ​​- worden in de meeste lidstaten onder een fatsoensgrens gesteld en garanderen geen fatsoenlijke levensstandaard voor werknemers en hun gezinnen en voorzien niet in de betrokkenheid van de sociale partners.
  • Regels voor het stabiliteits- en groeipact (SGP) die buitensporige druk uitoefenen op nationale systemen en trojka-programma's die collectieve onderhandelingen vernietigden.
  • Te veel werknemers vallen niet onder collectieve arbeidsovereenkomsten, maar alleen onder persoonlijke contracten

Er zijn nog steeds grote verschillen in lonen en collectieve onderhandelingen tussen en binnen de lidstaten. Hierdoor ontstaat een situatie van sociale dumping die overwegend negatieve effecten heeft op het laagste segment van de arbeidsmarkt. Bovendien heeft ongepaste en oneerlijke loonvorming met betrekking tot het niet respecteren van collectieve onderhandelingsrechten ook een negatieve impact op de lonen hoger op de loonschaal, wat leidt tot een vermindering van de interne vraag als de belangrijkste motor van economische groei in de EU - met name in een situatie van economische crisis die momenteel wordt veroorzaakt door de COVID 19-pandemie.

Het is daarom essentieel ervoor te zorgen dat de rechten van werknemers op collectieve onderhandelingen en een eerlijke beloning in alle lidstaten volledig worden geëerbiedigd​ Het is noodzakelijk om binnen de interne markt een gelijk speelveld te creëren en een opwaartse convergentie van de lonen teweeg te brengen. Hierbij speelt de Europese richtlijn toereikende minimumlonen een sleutelrol. Deze richtlijn moet ervoor zorgen dat het wettelijk minimumloon niet onder een fatsoenlijke drempel kan vallen en passend is, en moet worden vastgesteld met de volledige betrokkenheid van de sociale partners. Bovendien moet het de capaciteit van de vakbonden vergroten om te onderhandelen over eerlijke lonen en arbeidsvoorwaarden, moet het de praktijken van vakbondsafbreking aanpakken en moet het goed functionerende systemen voor collectieve onderhandelingen en arbeidsverhoudingen waarborgen.

Opwaartse loonconvergentie in Europa zou de loonverschillen tussen en binnen landen overbruggen (met name tussen Oost en West) en het loonaandeel in de economie verbeteren, ongelijkheden verminderen en de interne vraag en productiviteit vergroten. Dit kan worden bereikt door:

  • De Europese richtlijn betreffende een adequaat minimumloon moet worden gewijzigd om het recht van vakbonden op collectieve onderhandelingen te respecteren, een einde te maken aan de praktijken van vakbondsopheffing en om te garanderen dat de wettelijke minimumlonen stijgen.;
  • Verzekeren dat alleen werkgevers die het recht van werknemers om collectief te onderhandelen respecteren en de relevante collectieve overeenkomsten implementeren, kunnen overheidsopdrachten, subsidies, fondsen, GLB-betaling, SURE, het herstelplan enz. krijgen;
  • Acties en maatregelen die rechten en capaciteit voor collectieve onderhandelingen bevorderen, onder meer in het kader van instrumenten voor economisch en sociaal bestuur, zoals het Europees semester, de werkgelegenheidsrichtsnoeren, de EPSR en het sociaal scorebord.

Een EU-richtlijn om het loonkloof tussen mannen en vrouwen en bindende maatregelen voor loontransparantie, inclusief de verduidelijking van het beginsel van gelijk loon voor gelijkwaardig werk, waardoor werknemers en vakbonden toegang krijgen tot informatie over criteria die de loonniveaus bepalen en kunnen onderhandelen over gelijkwaardig werk, is ook nodig om gelijke beloning van mannen en vrouwen te garanderen.

Maatregelen om een ​​minimum aan rechten in de EU vast te stellen, een gelijk speelveld op de eengemaakte markt

  1. Een kaderrichtlijn om ervoor te zorgen dat het wettelijk minimumloon niet lager wordt dan een fatsoenlijke drempel en wordt vastgesteld met de betrokkenheid van de sociale partners
  2. Een EU-richtlijn om de loonkloof tussen mannen en vrouwen aan te pakken en bindende maatregelen voor loontransparantie, inclusief de verduidelijking van het beginsel van gelijk loon voor gelijkwaardig werk, waardoor werknemers en vakbonden toegang krijgen tot informatie over criteria die de loonniveaus bepalen en kunnen onderhandelen over gelijkwaardig werk.

Acties gericht op het bewerkstelligen van opwaartse convergentie in levens- en arbeidsomstandigheden

  1. 1. Nationale actieplannen, ontwikkeld door de lidstaten in overleg met de sociale partners, ter bevordering van collectieve onderhandelingen, als onderdeel van een kaderrichtlijn inzake collectieve onderhandelingen en eerlijke minimumlonen.
  2. In het proces van het EU-semester: programma van loonproeven.